
GERD RENSHOF
https://www.gerdrenshof.com
Renshof heeft als jongen de eerste schreden op het gebied van tekenen en
schilderen gezet en besloot op zijn vijftiende er zijn beroep van te maken. Met
een HAVO-diploma, waarin tekenen als examenvak, kwam hij terecht op de
kunstacademie in Den Bosch. Het was in een tijd waarin alle uitingen in een
realistische vormgeving en behoefte om vakkennis op te doen uit den boze waren.

Gerd Renshof
Vandaar dat hij na een jaar van de opleiding werd verwijderd. Na een periode
van anderhalf jaar experimenteren met verschillende technieken en het
illustreren van boeken, raakte Renshof bekend met het werk van Raoull Hynckes.
De magisch-realistische stillevens sloten bijzonder aan bij zijn
belangstellingssfeer en inrichting van zijn huis. Daarbij zag Renshof dat je
stillevens voor meer kon gebruiken dan als alleen maar een oefening. Een heel
wereldbeeld kon je er in kwijt.
Langzaam ontwikkelen zijn stillevens zich vanuit een vormgeving waarin de
voorwerpsymboliek belangrijk was, tot een vormgeving waarin de vormen van de
voorwerpen en de compositie van het geheel de uitdrukking van het schilderij
moesten bepalen. Rond tegenover vierkant, herhalingen van rechthoeken
tegenover cirkels, driehoeken etc. hard tegenover zacht. De abstracte
compositie werd steeds belangrijker, meer en meer beïnvloed door kubistische
denkbeelden. Daaruit ontstond de behoefte om het abstracte schema en realisme
afzonderlijk en toch als eenheid weer te geven in één schilderij.
Als realistisch uitgangspunt maakte Renshof gebruik van het naakt. Altijd in
yoga of turnhoudingen, waarin vaak de geometrie van het model belangrijk was.
Het model werd altijd geplaatst in samenhang met abstracte vormen van marmer
of hout. Altijd werd er een spanning gecreëerd. Paste het model zich aan, aan
de vorm of andersom?
De illusie van vreemde architectuurdetails op grote hoogte, waarop het model
afstanden overbrugt en haar wankel evenwicht bewaard was bijna altijd
aanwezig. Ritme en tegen ritme waren het uitgangspunt in dit werk. Wat
Renshof echter miste in dit werk was ruimte, licht en zachtheid. De vormen
waarmee de naakten hun samenhang hadden werden wel steeds ruimtelijker in
opzet, maar zijn andere wensen kon hij in dit werk niet kwijt. Vandaar zijn
(voor hem) kleine overstap naar architectuur. Onder de indruk van het licht
van Weissenbruch en Springer besloot hij dat gebouwen dat licht konden
"vangen" dat hij wilde weergeven.
De uitdaging om zonsondergangen en avondlicht te schilderen, is voor hem de
drijfveer van de laatste drie jaar. Daarnaast is het voor hem een uitdaging
om besloten composities te maken die toch heel ruimtelijk werken. Vandaar
zijn keuze voor open gevels. Dit is iets wat je vaak kan zien in oude steden
als Amsterdam of Brussel, waar behalve de gevel het hele pand wordt
afgebroken om er nieuwbouw achter te plaatsen. Zo'n loze gevel werkt erg
vervreemdend en sluit prima aan bij zijn magisch-realistische inslag. Daarbij
geeft zo'n façade zijn kijk op de maatschappij feilloos weer. Sneeuw doet pas
zijn intrede in het afgelopen jaar, hoewel het al een paar jaar op zijn
verlanglijstje stond. Sneeuw is voor Renshof de manier gebleken om zachtheid
te schilderen.
Van groot belang hierbij bleek het werk van Laurens Alma-Tadema. De
zachtheid in het werk van deze schilder, en zijn vermogen om prachtig wit te
schilderen maakte diepe indruk op hem. Toch heeft Renshof zijn liefde voor
het stilleven niet laten varen. Van tijd tot tijd leeft hij zich daarin uit
en het boeiende voor hem is te zien hoe al zijn verworvenheden op gebied van
compositie, licht en zachtheid spelenderwijs terugkeren in dit werk. De
warmte van zijn huidige stillevens zijn een verademing tegenover de kilheid
van zijn vroegere stillevens.
Vanaf 1 septmeber 2009 start Gerd Renshof zijn eigen schilderschool, waarbij
hij zich richt op de technieken zoals die in de 17e eeuw werden toegepast.
Voor meer informatie kunt u terecht op https://www.academie-renshof.nl .
Bron: https://www.gerdrenshof.com
|